Waarom kunnen mensen uit Azië slechter tegen alcohol?
Genetisch bepaald hebben 50 % van de Japanners, 35 % van de Chinezen, 40 % van de Vietnamezen en Indonesiërs een afwijkend ADH en ALDH-enzymsysteem.
Het ADH (alcoholhydrogenase) enzym breekt alcohol af en wordt gevonden in het maagslijmvlies, de nieren en de hersenen. ADH-enzym zet alcohol om in aceetaldehyde. Het gevormde aceetaldehyde wordt weer omgezet tot acetaat. Dit gebeurt onder invloed van het enzym aldehyde-dehydrogenase (ALDH). Het is genetisch bepaald welk enzym het meest gebruikt wordt bij alcoholomzetting. Een genetische variant is te zien bij oosterse volkeren (oriëntaals ADH). Dit enzym heeft een hogere activiteit. Na weinig alcohol kan er al een grote hoeveelheid aceettaldehyde in het bloed zijn.
Als de alcohol snel wordt omgezet voelt men de prettige werking van alcohol veel minder of helemaal niet. Daarbij krijgt men zeer snel last van blozen, hoofdpijn, zweten, hartkloppingen en een daling van de bloeddruk. Dit kan een reden zijn waarom in sommige Aziatische landen minder alcohol gedronken wordt of alcoholisme minder voorkomt: mensen kunnen door hun genen meer nadelen dan voordelen van alcohol ervaren.